dag 24

datum za 31-08-19
van/naar Tsetserleg – bij de brug over de Orkhon rivier, een stuk voor Ogii nuur
km fietsen 115km
verblijf wildkamperen (47°46′53.48″N 102°37′58.6″E)

Elk ons weegs

Toen we gisteren met z’n vieren op weg waren maar de overburen voor het eten, liepen we tegen nog een stel fietsers aan. Caleb en Alexandra uit de USA. Zij zijn van plan dezelfde bikepacking route te gaan doen als wij vieren net gedaan hebben. Ze zijn benieuwd naar onze ervaringen, dus we gaan lekker met z’n zessen eten.

Het bestellen valt niet mee, maar het lukt om een berg heerlijk eten op tafel te krijgen. We wisselen ervaringen en sterke verhalen uit en na het eten zijn we allemaal klaar om te gaan slapen. Na nog weer een gloeiend hete douche uiteraard.

Vanochtend zien we elkaar weer bij het ontbijt en daarna gaan we elk ons weegs. Caleb en Alexandra richting west en een week zonder douche, Lu en Nicolas gaan in de buurt een dag paardrijden en wij gaan naar het oosten / noordoosten.

Iets sneller dan gepland

Ons plan was zo’n 60 km per dag, maar de eerste bijna 50km zijn op asfalt, wind mee en meer naar beneden dan omhoog. We vliegen over de heerlijk rustige weg en om 11.00 hebben we dat stuk al gedaan en gaan we weer onverhard.

Dat begint ook heel goed en voor we het weten zitten we op 70 km en hebben we de langste klim van dit stuk route ook al gehad. We houden een lunchpauze in het kleine stukje schaduw van een bord. We beginnen te denken dat we het meer al in een dag kunnen bereiken i.p.v. de geplande twee.

Irritaties

Maar dan is het gedaan met de pret. De weg wordt weer de vreselijke combi van wasbord en los zand. Het tempo gaat omlaag, net als mijn stemming. De temperatuur gaat ondertussen weer verder omhoog, net als mijn drama niveau en Jurjan’s irritatie.

Als ik niet doorheb dat Jurjan valt, wordt de wrijving nog wat groter en zitten we een tijdje op het niveau van: hoewel we van elkaar houden, vinden we elkaar even niet erg aardig. Dat gaat altijd wel weer over, maar op het moment zelf is het niet fijn.

Op ongeveer 100km is er een dorpje, ik sleur mezelf erheen, er is vast een winkeltje met drinken en misschien wel ijs. En inderdaad, we vinden zelfs een stukje schaduw om er van te genieten. Op de telefoon vindt Jur ook dat er hier een hotel moet zijn. Hoera! Een manier om te stoppen en de hitte te ontvluchten. We fietsen erheen, maar komen voor een dichte deur. Er hangt wel een briefje met telefoonnummer, maar mijn simkaart heeft alleen data.

Toch weer verder

Dan toch maar verder. Maar eerst meer pauze, met nog een ijsje en drankje. Van een andere klant in het winkeltje krijgen we allebei nog een extra flesje cola. Ik kan er niet over uit hoe gul mensen hier zijn.

De weg na het dorp lijkt gelukkig weer iets beter. Net iets minder wasbord en iets minder diep zand. Ik kom in ieder geval weer iets vooruit al gaat het niet best. 10km verder maar weer rusten en overleggen wat we gaan doen.

Ik hoop dat het meer nog max 10km vlak is, dan ga ik dat eruit persen. Maar het is verder dan dat, en ook met heuveltjes. Ik moet toch aangeven dat ik dat vandaag niet meer ga halen. De rivier is nog maar 4 km, licht dalend. Dat wordt ons doel en dat lukt. Het is nog zo warm dat baden in de rivier zelfs aangenaam is.

Jammer van alle vliegjes en mugjes, maar we koken en eten buiten en gaan voor de verandering maar weer eens vroeg slapen.

lees verder: dag 25