dag 16

datum vr 23-08-19
van/naar wildkampeerplek – Jargalant
km fietsen 64,5km
verblijf een of ander vaag ‘hotel’ (47°01′10.96″N 99°28′37.98″E)

Nat en koud is weer eens wat anders

Regen, regen, wind en meer regen. De dag start nat en koud. We maken de voortent zo leeg mogelijk en nodigen Nicolas en Lu uit om in onze tent te komen ontbijten. Hun tentje is zo mini dat ze anders alleen buiten kunnen eten. We hijsen ons in regenkleding en gaan er toch maar voor. Zo raak je in ieder geval niet oververhit…

Bij een ger staan Jur en ik een tijdje te ‘praten’ met een man, zijn dochtertje en een oude man, waarschijnlijk opa. De oude man is vroeg in de ochtend echt al stomdronken. Hij probeert me te knuffelen en even later zit ie midden op de grond luidruchtig over te geven. Man en dochter kijken niet op of om. Ik vrees dat dit de normale gang van zaken is.

Rotsen en modder

We hebben vandaag een lange klim te gaan, niet heel steil meestal, maar het wegdek is regelmatig een en al rots. Op een erg slecht stuk komt er iemand (we noemen geen namen, maar hij was Canadees…) op het briljante idee om een stuk af te steken en cross country te gaan fietsen.

Het lijkt een prima idee tot het veld meer en meer in een soort moeras verandert. We moeten modderige stroompjes over en Lu’s fiets glipt weg. Ze weet zich op te vangen op een rots, maar de fiets trekt haar toch onderuit. Ze zakt met een been tot haar knie in de modder. Nadat ze er uitgetrokken is, laat ik me gelijk maar helpen met mijn oversteek. Ik ben al niet zo’n held…

Na de modder volgt een stuk met grote rotsen waartussen het lastig navigeren is. Lopen lijkt de beste optie. We zijn blij als we weer op de rotsige weg zijn.

Lang leve afdalingen

Als we om 15.30 pas op de helft van het aantal geplande kilometers zitten, denk ik dat we het vandaag niet meer gaan halen. Maar na een fikse afdaling zie ik mogelijkheden. Het is nog steeds af en toe vermoeiend klimmen, maar steeds als ik klaar ben om op te geven, volgt er weer zo’n glorieuze afdaling.

Op een gegeven moment zien we een soort steencirkel, alsof je opeens in Schotland of zo zit… alleen zijn de stenen ook nog eens heel fraai versierd. We vermoeden dat het gaat om zogeheten Deer Stones uit de bronstijd.

Ons privé restaurant en hotel

Net na zessen bereiken we Jargalant, en na wat zoeken wat winkeltjes om onze voorraden iets aan te vullen.

Nu nog een restaurantje… het lukt ons de vraag duidelijk te krijgen en er wordt iemand gebeld. Die brengt ons naar een dicht gebouw en toont ons bedden. Nee, we willen niet slapen, we willen eten! Na veel gedoe lukt het om 4 grote borden Tsuivan en thee te krijgen. De noodles worden helemaal vers gemaakt.

Het wordt ondertussen al best laat, en we besluiten toch ook maar gebruik te maken van de slaapzaal. Helaas zonder stromend water, en alleen een outhouse. De matjes moeten weer opgepompt, want de bedden zijn weer alleen een plank. Maar het is een dak boven ons hoofd, er is elektriciteit en een waterkoker en het is supergoedkoop. En hoewel er tijdens het eten ook een dame met haar dochter met koffers zat en we denken de slaapzaal met hen te delen, gaan zij er toch vandoor als de eigenaren vertrekken. We hebben het rijk alleen.

lees verder: dag 17