dag 12

datumDinsdag 30-08-2022
van/naarPenegoes – Llanwrthwl
km fietsen70km
verblijfDoliago Farm Campsite (52°15′47.96″N 03°30′45.4″W)

Ik zie er als een berg tegenop

Ik sta op met het gevoel van lood in mijn schoenen, ik zie er letterlijk en figuurlijk als een berg tegenop om vandaag weer te gaan klimmen. De lucht is strakblauw, op zich natuurlijk fijn, maar hoe heet gaat het worden?

Na een paar kilometer begint het klimmen, en het is pittig, na een tijdje rond de 8-9% gaat het toch weer verder omhoog 10, 11, 12%. De 11 red ik nog net fietsend, maar bij 12 ga ik toch maar weer een stukje lopen.

Met een grote grijns

Maar dan zakken de percentages regelmatig weer onder de tien procent en ik kan hele stukken fietsen. De zon schijnt, maar het is nog niet te warm en de uitzichten zijn fenomenaal. De koude wind waait harder en harder, maar met deze snelheden heb je meer voordeel (verkoeling) dan nadelen.

Ik realiseer me dat ik omhoog ploeter met een grote grijns op mijn gezicht, ik vermaak me te pletter! Als we boven zijn, weet ik dat we nog maar 15km gedaan hebben maar nu eerst lekker afdalen over leuke weggetjes.

Blunder

De weggetjes zijn weer uitermate smal en er rijden wel degelijk auto’s. Voluit afdalen is daarom vaak niet handig: je kunt niet zien wat er aankomt door hoge begroeiing bij de bochtjes, of stomweg door de korte steile heuveltjes. De mensen hier rijden gelukkig voorzichtig maar toch blijft het af en toe schrikken.

Soms zijn de weggetjes zo smal dat we toch maar even de berm in moeten om een auto te laten passeren. Als er een auto van achter, en een van voren komt, is er gelukkig net een passing place. Maar toch wil ik aan de kant. Jur roept nog, ga net iets verderop, daar is het wat breder. Maar te laat, ik zet mijn voet al in de berm. Een berm die meteen schuin weg loopt. Als ik af probeer te stappen duwt het gewicht van de fiets me om en ik kukel zo een meter naar beneden. Jurjan weet altijd hoe hij moet vallen, maar ik vang mijzelf vaak verkeerd op met knieën en handen. Deze keer kan ik echter niet anders dan rollen en ik hoor een lichte krak in mijn nek, maar doe me eigenlijk niet zeer. Mijn fiets tuimelt achter me aan en landt wel op mijn schouder. Dat zal wel blauw worden, maar niets kapot. Ik ben geland in zacht gras en niet in bramen en brandnetels. Al met al had dat zat beroerder kunnen gaan.

Ik blijf nog even verdwaasd zitten en de automobilisten komen aangesneld om te kijken of alles goed is. Dat is wel fijn, want ze helpen ook mijn fiets weer naar boven te sjorren. Die werkt gelukkig nog, alleen mijn spiegeltje is kwijt, niet terug te vinden in het hoge gras dat mijn val verzacht heeft.

Niks aan de hand dus, maar ik ben toch wel een beetje shaky… Ik ben dan ook blij als we later op een weggetje zitten waar auto’s niet zullen komen, op een enkele bewoner na.

Nog even hard werken

De eerste klim was de zwaarste, maar het zijn de vele rottige korte klimmetjes op de stukken waar je het niet verwacht die me uitputten. ’s Middags rijden we nog steeds langs leuke wegen in een mooie omgeving maar niets meer zo spectaculair als vanochtend.

We hebben een plek gevonden om te kamperen, helaas zonder douche. Alweer hebben we de hele camping (lees boeren-veldje) voor onszelf.

lees verder: dag 13